Maandagmiddag (27/5) zitten Barry en Michelle op ons deck op de thee. De telefoon gaat: mama is toch overleden, haar hartje liet het uiteindelijk
afweten.
Dinsdagmiddag zijn we vanuit New Bern naar huis gevlogen, waar we woensdagochtend
waren.
Veel geregel voor uitvaart die maandag (gisteren) in het kerkje van
Vreeland heeft plaatsgevonden. Het was een mooie dienst, ze zal er met
tevredenheid op hebben neergekeken.
Er volgt nog een week met na-overlijden geregel en dan vliegen we weer terug
om ons Amerikaanse avontuur (en blog) voort te zetten.
Onderstaand stukje blog-tekst lag al klaar:
Het plan voor vandaag (zondag26/5) is: vanmorgen naar de palingboer en
daarna door, met de ferry, naar Bath
(een historisch havenplaatsje). Eerst auto ophalen bij Deaton Yard en aldaar
ook de blog updaten. Dat laatste neemt weer ontzettend veel tijd (en gemopper)
terwijl we tekst en foto’s toch klaar hebben staan.
Dankzij de iPad rijden we rond 11.30 in een keer naar het juiste adres, waar
twee gigantische Holland Seafood-trucks staan en speciale aanhangers met
Snake express: Live Eels on Wheels
erop, maar het verder uitgestorven
lijkt. We kloppen op een voordeur, roepen oehoe, maar krijgen geen reactie. Dan
maar naar het huis ernaast waar wel leven te bespeuren viel. Daar staat een man
aan een auto te sleutelen en vindt het raar dat we niemand thuis troffen want she’s always home. Hij loopt met ons
weer naar het huis en daar staat ineens een zwarte wipneusige chihuahua (dus
niet de woeste Duitse Herder waarvoor op borden wordt gewaarschuwd) zenuwachtig
te keffen Ah, y’see, that’s Rocks so she
should be home en inderdaad daar
komt Mary naar buiten om ons te verwelkomen.
Ze laat ons het huis zien waar op dit moment intern allerlei opknapbeurten
aan gebeuren en zet koffie. Als we aan tafel zitten komt Martie er ook bij, die
is vanmorgen pas thuisgekomen met een lading levende Tilapia uit Miami en heeft
dus maar kort kunnen slapen tot wij kwamen. Desalniettemin is hij na amper 2
uurtjes slaap en een douche zo fris als een hoentje.
Een ranke, witharige man van een jaar of 60, met slimme, vrolijke blauwe
ogen die honderduit vertelt. Na de koffie vraagt Mary (Martie spreekt haar naam
niet op z’n engels uit: Mèrry, maar op z’n nederlands: Muhríe) of we na een rondleiding over hun terrein mee
uit lunchen gaan. Omdat we het plan hadden naar Bath te gaan slaan we dat af
maar tijdens de rondleiding vertelt Mary dat ze iedere zondag in New Bern sushi
gaan eten en ineens vinden we dat Bath wel kan wachten!
Martie (62) Bouw (dus niet Van der Plas, dat was de vorige eigenaar,
inmiddels overleden), afkomstig uit Elburg als jongste van een gezin van 9
kinderen, vertelt over hoe hij als vrachtwagenchauffeur (van vistransporten) Mary
(54) in Hull heeft leren kennen; hoe hij een eigen bedrijf eerst in Engeland,
daarna in Frankrijk (teelt van en handel in paling) en uiteindelijk hier in
Arapahoe heeft opgebouwd met alle ups en downs. Hij laat ons de heel dikke
(zeker 10 cm doorsnee!) bruine waterslangen zien die in het riet aan zijn aan
de tuin grenzende kreek in de zon liggen (“moccassins, heel giftig! Als ze je
bijten moet je binnen 4 uur een antidosis krijgen anders ben je dood” Slik!) Ja
, ik voer ze iedere dag wat stukken paling...... Hij heeft ook al eens 3 krokodillen
waargenomen..... (zwemmen mij niet gezien dus!)
Aan de kreek hangt, opgehesen, een klein speedbootje. “Hebben we vorig jaar
maar een keer gebruikt, als je zin hebt stop je er maar wat benzine in en neem
je hem een paar dagen mee.”
Mary is een gezellige, rustige meid. Nee, ze mist Engeland niet, maar mist
wel de gezelligheid die je in Europa hebt met cafes, terrasjes, etc. en de
aanspraak met buren (die ze wel hebben, maar waarmee het contact alleen
oppervlakkig is). De drie kinderen zijn inmiddels het huis uit, dus ik denk dat
het af en toe best wel eenzaampjes is als Martie weer eens een paar dagen op
stap is.
Er lopen, behalve de Chihuahua, ook twee Huskies die er vervaarlijk uitzien
met hun blauwe lichtgevende ogen, maar heel aanhankelijk blijken te zijn. Martie
heeft dit stuk land (120 acres) destijds gekocht; het grootste deel is nog
steeds bos en dat vindt hij wel mooi zo. Een paar jaar geleden hadden ze in een
grote, hoge boom ca. 30 meter van hun huis een zwarte beer met 3 cubs/jonkies (in het bos wandelen mij
niet gezien dus!). Hun kreek heet ook Bear Creek
We bewonderen de trucs, van buiten en van binnen (Wat een ruimte!!!! Niet
te geloven: achter de twee voorstoelen een
bank met tafel/ruim bed, tv, ijskast, magnetron, boven in cabine ook nog een
ruim bed, airco, etc.) en de aanhanger met de slogan “Eels on wheels” waarin
levende vis (Tilapia, paling, meerval, etc. allemaal “warm water fish”) wordt
opgehaald en vervoerd. Als trucker is hier overigens een aardige boterham mee te verdienen (per week zo’n
1200-1800 dollar netto) horen wij.
Ook over vis kan Martie veel vertellen. Het blijkt dat de gronderige smaak
die ik wel eens geproefd heb bij Tilapia en catfish
(meerval) te maken heeft met het niet goed laten doorspoelen van de (levende)
vis voordat die gedood wordt. Als ik zeg dat ik Pangasius, in NL soms
“Atlantische Zeetong” genoemd, lekkerder vind dan Tilapia, zegt Marie afkeurend
dat Pangasius stronteters zijn en dat ze gekweekt worden onder de wc’s van het
personeel (he, da’s nou jammer, ik vond ze altijd zo lekker!). Martie kweekt
overigens zelf geen paling of andere vis, hij doet de handel, het transport en
de overslag. Een ding is duidelijk: je moet goed voor de vis zorgen van begin
tot eind en dat schijnen een heleboel nieuwelingen in het vak soms niet zo nauw
te nemen met als gevolg mindere kwalititeit. In de schuur staan naast de rode
BMW van Mary, ook nog een Mazda van zoonlief en een sportieve Lexus Cabrio E???;
we mogen ze allebei lenen als we daar behoefte aan hebben “die dingen moeten
ook af en toe rijden”.
We lunchen bij een Japans restaurant, gerund door een Birmees die van Martie
de vrije hand krijgt om voor ons lekkere sushi’s met paling te maken (een
“Martie-roll”). Wij willen betalen voor de lunch maar dat wordt resoluut
afgewezen. Daarna laten ze ons een wat beter gesorteerde supermarkt zien en een
ijssalon waar je zelf diverse, dagelijks wisselende, smaken ijs uit de muur kunt
tappen, waar je vervolgens zelf naar wens kleurenhagel, nootjes, marshmallows,
snoepjes, smarties, cherries, toffee, chocolade en bedenk nog eens iets geks op
kunt strooien (buffet met wel 30 verschillende keuzes); uiteindelijk betaal je
aan de kassa naar gewicht.
Daarna rijden we naar de hangar op New Bern airport waar Martie een eenmotorige
propellorvliegtuig heeft staan waarmee hij regelmatig ofwel vrijetijds- dan wel
kleine transportvluchten uitvoert. Het is een 4 persoons vliegtuigje en Martie
stelt voor dat we er binnenkort maar eens mee naar Okracoke (alleen per boot of
vliegtuig te bereiken) moeten vliegen
voor een lunch bij een van hun favoriete tenten.
Vliegen is hier redelijk vrij, i.t.t. Nederland waar je je aan allerlei
regels moet houden, en goedkoop. Zijn zoon vliegt ook en het plan is dat ze
binnenkort samen een reis naar Alaska gaan maken.
Na de tour drinken we tot slot nog een kopje thee bij hen thuis on the deck en nemen afscheid als oude
vrienden. Het is inmiddels 6 uur als we weer op huis aangaan!