Monique, 17/7
De uitlaat werd provisorisch gerepareerd à la Bas: hittebestendige kit met daaromheen gewikkeld de onderkant van een oud t-shirt, wasknijper en elastiekje erom, emmer eronder, klaar!
Tot Bas' tevredenheid en mijn opluchting is de lekkage aanzienlijk minder (en houdt hij na een paar dagen zelfs op).
Het wordt kouder naarmate we noordelijker komen. Sliepen we eerst alleen onder een laken, komt er een nachtje met t-shirt en Bas als kacheltje voor wanneer er geen opvlieger is om me warm te houden, maar de volgende nacht(en) toch echt weer onder de slaapzak! En overdag soms ook lange broek en vest.
Vrijdag 18/7
Vandaag wordt Reina 35; how time flies!
Gisteren met een prettig sukkeldrafje in ruim vijf uur de 14 mijl naar de Thimble Islands afgelegd, weinig wind maar genoeg ter verkoeling op een zonnige dag.
We liggen hier voor anker op een idyllische plek tussen allemaal rotseilandjes, type Astrid Lindgren. Dat idyllische is vooral 'savonds en 'smorgens want al die eilandjes zijn bewoond, voorzien van mooie huizen, en overdag vindt er veel gemotoriseerd vaarverkeer plaats.
Door tijverschil groeien ineens overal rotsen om ons heen het water uit, we moeten ons dus netjes aan de vaarroutes houden! De aalscholvers duiken om ons heen het water in, net als de "osprey" (die, als ze een vis te pakken hebben, vaak meteen worden achtervolgd door een andere osprey die probeert ze die vis afhandig te maken).
Bas vergeet even dat de windmolen draait en krijgt een flinke tik midden op zijn hoofd: bloed!!! Vanwege haar, zij het weinig, op die plek blijft een pleister niet zitten; gelukkig hecht het redelijk snel als je de randen tegen elkaar geduwd houdt.
Zaterdag 19/7
We liggen in een slip van Mystic Seaport, een openlucht scheepvaartmuseum. Omdat we een "foreign" schip zijn mogen we één nacht gratis liggen waardoor de prijs voor twee nachten gemiddeld binnen de perken blijft. Bovendien mogen we gratis het museum in en dat is echt de moeite waard. Het is niet alleen oude huisjes, schepen en ambachten bekijken door op een bord te lezen hoe het eraan toe ging, nee, bij elk huisje, winkeltje, bootje, schip, ambacht of activiteit staat iemand die kort en duidelijk uitlegt wat en hoe, vaak met een demonstratie erbij. Daarnaast zijn er allerlei activiteiten voor alle leeftijden.
's Avonds gaan we met onze fietsjes het stadje in; gezellige drukte. We eten in een oester- restaurant dat buiten aan de achterkant een "tree house terras" heeft, gebouwd op een groot rotsblok, via trappen te bereiken. We eten er sublieme Noak-oesters (zowel rauwe als uit de oven met een Japansige, lekkere touch) en daarna nog heerlijk gegrilde sirloin steak en hotdog van lams merguez op een brioche puntje.
Niet alleen wordt de menukaart gevarieerder en daalt de temperatuur boven Sandy Hook, de mensen worden ook afstandelijker heb ik het idee. We zien veel PC Hooft- mevrouwtjes: alles tot in de puntjes en quasi-nonchalant: haar precies goed, "naturel" make-up, "simpel" (heeeeel duur!) zomerjurkje met idem dito zomerschoentjes, arrogant kijkende man erbij en/of verveeld kijkende kinderen.
Van de weeromstuit vind ik, na er zeven weken van bevrijd te zijn geweest, dat ik weer een bh moet dragen, maar dat is dan ook de enige concessie die ik doe!
Zondag gaan we smorgens naar een 35 min. lezing "stars of the summer evening sky" in het museum planetarium. Heel interessant en verhelderend en leuk gebracht, ook voor kinderen. De zaal is aardedonker vanwege de projectie van de sterrenhemel op het ronde plafond en de diverse sterrenbeelden worden middels een blinkertje aangegeven. Af en toe stelt de sterrenkundige een vraag bv. "deze rode planeet, wie weet hoe die heet?".
Het is duidelijk dat ergens linksachter ons een jonge sterrenkundige in de dop zit want op menig vraag horen wij zijn heldere stemmetje het juiste antwoord geven. Het publiek mag ook vragen stellen. Het zojuist beschreven jongetje, wij schatten van Merlijns leeftijd dus 8/9, vraagt waarom de poolster als enige ster niet over het firmament beweegt zoals alle andere sterren en hoewel dat wel al ter sprake is gebracht legt de man het met alle plezier nog eens uit en vraagt daarna of er verder nog vragen zijn. Uit dezelfde hoek komt nu een nóg jonger stemmetje dat, voordat zijn ouders in het donker door hebben dat het hún jongste is, nogmaals diezelfde vraag begint te stellen tot pa en ma hem halverwege met een kort "we just covered that question" snel het zwijgen opleggen. Ja, als jonger broertje wil je ook wel eens interessant doen!
Dan is er ook nog het straattheater met o.a "The Tale of the Whale" door drie spelers (jongen en twee meiden, twintigers) die middels een toneelstukje iets meer zullen vertellen over de walvisvaart. Op een grasveldje staat een klein podiumpje met daarvoor een stuk of tien tuinbankjes, alle bezet, voor het publiek.
"But we can't do it alone, we need some volunteers", zegt de jongen.
"We need two green caps" (dat zijn nieuwelingen op een schip) die dek moeten schrobben en vol vuur moeten kunnen overgeven als daarom gevraagd wordt.
Schuchter komen twee zesjarigen uit het publiek naar voren. Ze krijgen een pet op. De toneeljongen geeft instructies hoe ze moeten overgeven en doet het een keer voor: een plotse beweging naar voren, gebogen, luidkeels uitbrakend "BWAAaaaaa", nou jullie. Na enige aarzeling en onzekere blikken naar hun moeders buigen twee hoofdjes iets naar voren en horen wij een voorzichtig "blah". Nou, dat kon beter en inderdaad, bij de tweede keer, de schaamte voorbij, klinkt het al heel wat geloofwaardiger!
"We also need two laughing men" (bij wijze van doorgewinterde zeelui).
Een knul van elf ofzo komt naar voren en krijgt een nepbaard aan zijn oren gehangen. Da's nummer één, maar er is een tweede nodig. Een moeder geeft haar driejarige peuter een zetje richting podium. Braaf maar beduusd achterom kijkend naar al dat publiek loopt het piepkleine meisje in haar roze jurkje, met blonde piekhaartjes, handjes friemelend op haar buik, naar voren. De jongen probeert haar de baard om te hangen maar haar oortjes zijn niet groot of sterk genoeg dus hangt de nepbaard als een ketting om haar hals met het haar als een soort schort op haar buik ("that will do" zegt de jongen).
Volgt de lachinstructie:"Just throw your head up, hold your belly, and say HA HA HA!"
De elfjarige heeft het meteen te pakken, de dreumes kijkt met verschrikte ogen naar de jongen, het publiek en haar moeder, zegt of doet verder niets maar blijft manmoedig staan met die baard op haar buik en zal dat de rest van het stuk blijven doen.
"Then we also need a mother"; tienjarig meisje komt twijfelend en verlegen naar voren, krijgt een wit mutsje op en de instructie dat wát er ook aan haar gevraagd wordt, zij steeds "No, my dear" moet antwoorden.
Het publiek krijgt de opdracht steeds uit te voeren wat middels bordjes zal worden aangegeven (bv "Wush" de wind, fluitende storm).
Het toneelstuk kan beginnen. Het verhaal is als volgt. Juliette heeft een man gevonden waar ze erg verliefd op is. Met hem gaat ze naar haar moeder zodat hij om haar hand kan vragen. "Mother", zoals geïnstrueerd, geeft op alle vragen antwoord met "No, my dear" en groeit met iedere vraag meer in haar rol. Begon ze maar nauwelijks hoorbaar, naar gelang er meer vragen komen worden de antwoorden duidelijker en korter, de speelster overtuigender en zelfverzekerder met op een gegeven moment zelfs de handen resoluut over elkaar ("No!!"). Uiteindelijk neemt Juliette dan de beslissing dan maar zonder toestemming te trouwen hoewel dat tot gevolg zal hebben dat ze geen bruidsschat meekrijgt en nooit meer haar moeder zal zien. Eenmaal van huis verstoten blijkt Juliettes verloofde een schavuit die enkel op haar bruidsschat uit was en haar gevoeglijk in de steek laat en zegt te zullen inschepen op een walvisvaarder.
"Gaat Juliette nu bij de pakken neerzitten? Of gaat zij berouwvol terug naar haar moeder?"
Het publiek is het niet helemaal met elkaar eens maar de meeste stemmen toch "No!!!". En inderdaad, Juliette laat het er niet bij zitten en scheept, vermomd als man Julius, ook in bij een walvisvaarder.
Nu komen de "green caps"en "laughing men" aan de beurt. De eersten moeten samen met Julius het dek schrobben, wassen en andere klusjes doen terwijl de doorgewinterde "laughing men" daar met enige regelmaat hard om moeten lachen.
Wetenswaardigheden passeren de revue: een walvis is een zoogdier dus moet af en toe naar de oppervlakte komen om adem te halen en als ie dat doet spuit ie water door zijn "blow hole". Op de zeilende walvisschepen stond permanent iemand op walviswacht en als die er eentje zag spuiten dan riep hij heel hard, wijzend: "There she blows! There she blows!" (een van de meisjes spuit met een speelgoed waterblaster een spuit water de lucht in. Publiek roept " there she blows" en blijft dat doen elke keer dat het meisje, in een kring rond het publiek hollend, een straal de lucht in spuit).
Wat deden ze vervolgens met die walvis?
Ja, daar hadden ze toch weer even een volunteer voor nodig, "but this time a bit older one, for instance a Daddy sort of volunteer".
Geen vrijwilliger die opstaat maar een jongetje op de voorste rij wijst ritmisch met zijn duim opzij naar zijn vader die zich vervolgens braaf naar het podium laat leiden.
Pa, vrij lang, staat daar en laat gelaten alles over zich heen komen: vuurtorenhoedje op want op walvisolie brandden o.a. vuurtorenlichten, nog iets wat hij in zijn hand moest houden (ben ik vergeten) en tot slot: vanwege hun sterkte en flexibiliteit werden walvisbaleinen voor allerlei doeleinden gebruikt waaronder....... (grote hilariteit)...… Pa kreeg sexy rood corset omgesnoerd.
Bij het kruisen van de evenaar komt Neptunus op bezoek en worden de green caps ontgroend en zijn het voortaan volwaardige zeelieden.
Er steekt een harde storm op ("wush" herhaalt het publiek terwijl vier "volunteers" een blauw doek voor het podium laten golven. Dit is het deel waar het overgeven plaats vindt) en Juliette redt dan het schip maar valt daarna van vermoeidheid bewusteloos neer, wordt onderdeks naar haar kooi gebracht waar men ontdekt (hoezo?) dat ze een vrouw is.
Omdat ze vrouw is wordt ze niet betaald en zelfs dan, als je voortijdig (walvisvaarders zaten wel drie tot vier jaar op zee!) van boord ging had je geen recht op welke betaling dan ook!
Eind goed, al goed; Juliette krijgt vanwege haar heldhaftigheid toch betaald en leeft verder nog lang en gelukkig.
Dit is voor kinderen, hè, maar ik heb ervan genoten; het was zoooo grappig!
En wat ik helemaal zo knap vind is dat die drie toneelspelers, die dit stuk meerdere keren per dag opvoeren, dag na dag, spelen alsof het de eerste keer was.
Naast ons ligt de Alnitham, een 30 ft. Catalina, van Joe en Judy. Iets ouder dan wij, vandaag 46 jaar getrouwd, "parishers" in Fall River, vlakbij Newport. 44 jaar geleden zijn ze daar een kerk begonnen (hij doet de preken, zij de aankleding, muziek, etc) die inmiddels van drie man en één paardenkop is uitgegroeid tot een congregatie van ruim 500 mensen, de helft generaties geleden afkomstig van de Azoren. Ze hebben vier zonen en twee kleinkinderen. Aardige, goedlachse, enthousiaste mensen. We ontkomen ook nu weer niet aan het hele verhaal van Bas' overtocht en ze zijn diep onder de indruk, willen graag nog veel meer weten, en vast ook hun zeilende vrienden, dus... we zijn welkom bij hen thuis!
Gaan we zeker doen, maar eerst naar Block Island!
Maandag 21/7
Rond half tien vertrekken we naar Block Island, 24 mijl met weinig wind en wat er aan wind is tegen, dus (helaas, ja, zo langzamerhand zeil ik liever!) op de motor. We varen de Long Island Sound uit langs Watch Hill Point en de Block Island Sound in; het begin van oceaandeining.
Als we rond half vier in de baai (de New Harbor in Salt Pond) aankomen vinden we nog net de laatste van de negentig vrije ankerboeien (gelukkig, anders hadden we moeten ankeren in dubieuze bodem of de jachthaven in gemoeten à $4/foot. Selena meet 33 feet, dus reken maar uit! We merken dat havengelden naarmate we noordoostelijker gaan die van New York, al erg duur, beginnen te overtreffen; dat belooft wat!!!)
Bas pompt lullebootje op en we zetten het overboord.
Bas in bootje, zet de buitenboordmotor erop, maar die wil niet starten (waarom ben ik niet verbaasd?).
B rukt nogmaals een aantal keren aan het starttouwtje, vergeefs: "Waarom start-ie niet?"
Ik, vanuit de kuip waar ik Bas niet kan zien en ondertussen een boekje lezend, probeer toch mee te denken: "Staat de ontluchting open?"
B:"Ja, staat open. Hoe zat dat ook weer met de choke? Moest die nou open of dicht?"
M:"Kweenie, mij lijkt eerst open, dan dicht?"
B na weer een aantal vergeefse pogingen:"Misschien is het de bougie!"
M:"Of zit er condens in de tank? (haha, ben niet zo technisch maar dat was een suggestie van een vriend vorig jaar toen het ding ook al kuren had)"
Ruk-ruk-ruk aan het starttouwtje.
B:"Condens!?!? Hoe zou er condens in moeten komen; hij is steeds droog opgeborgen geweest!"
Ruk-ruk-ruk aan het starttouwtje.
M:"nou, misschien is het dan de leiding...?"
RUK-RUK-RUK.
B, geïrriteerd:" De leiding, de leiding! Wélke leiding!?"
M (weet ik veel!)".... Eentje die van hier naar daar loopt?"
B, nu met hoofd over de reling en grote greins:" Je bent een schat"
Afijn, we hebben er nu een nachtje over geslapen en Bas zal er vandaag vast nog wel mee aan de gang gaan (het is nl. een eind roeien van onze ankerboei naar de wal).
Dinsdag 22/7
Ja, Bas heeft nogmaals naar het motortje gekeken en begint terug te krabbelen dat die condens misschien toch het probleem is, etc.
De bougie is in ieder geval in orde, getuige een harde "AU!" die Bas slaakt als hij bij het testen een schok krijgt.
Motortje moet later nog maar eens nader bekeken worden....
Lang verhaal kort, we nemen de watertaxi met medeneming van onze vouwfietsen. Het is inmiddels twee uur en lunchtijd. Judy beval ons van harte de "hot lobster roll" bij Dead Eye Dick aan en so we did. En ze had gelijk; heerlijk briochebroodje zeer rijkelijk gevuld met vers gekookte kreeft. Mmmmm!
Daarna, heuveltje op heuveltje af, verder naar het dorp New Shoreham gefietst, aan het strand gezeten en daarna aan het eind van de middag, vanwege het mooie uitzicht over de baai, een drankje op het terras van het mooie Victoriaanse Surf Hotel. En ja, dan zie je de mensen naast je oesters bestellen..... dus deden wij dat ook maar.
Op de terugweg nog wat water ingeslagen voor aan boord en terug naar Oar Inn waar de watertaxisteiger is. De fietsen parkeren we bij dit restaurant want morgen, Bas' verjaardag, blijven we ook nog op dit eiland. En omdat dat ons gezellig lijkt nemen we hier nog een glaasje wijn alvorens terug te gaan naar de boot voor een rustige, zij het zeer winderige en wat kille, avond aan boord met thee, kokosmakroon en Rummikub.
Block Island (BI) is een soort Waddeneiland met ca. 1000 permanente bewoners en daarbovenop 's zomers bevolkt door 20.000 toeristen. Heerlijke vakantiesfeer!
Woensdag 23/7
Bas 66! Hij krijgt koffie op bed en later ontbijt met bacon, tomaat en spiegelei. Als kado een tegoedbon voor een nieuwe radar (de vorige ging vorig jaar met de mast mee de diepte in), aan te schaffen voordat we de mistige wateren van Maine gaan bevaren.
Als lunch heerlijke sushi bij The Oar en dan naar het strand, even boekje lezen en dagboekje bijwerken.
Afgelopen nacht en vandaag waait het behoorlijk hard en ben ik blij dat we niet op het water zitten. Afhankelijk van het weer morgen weer verder; naar Newport!
Maar eerst een verjaarsdiner op het terras met uitzicht over de oceaan en de Old Port. Na zessen maken ze geen oesters meer schoon, maar het alternatief, little neck clams, zijn even heerlijk (en kosten minder dan de helft). De kok, een hele grote dikke man, komt aan onze tafel, geeft Bas een hand en zegt "nice to see you again". Daar weet ik niets van......
Bas, Donderdag 24/7
het weerbericht geeft noord naar noordoost draaiende wind kracht 2bf. Tegen, maar zelfs mee te weinig om goed op te zeilen, helaas. Het is ruim 20M naar Newport, het zeil-eldorado van de Amerikaanse Oostkust. Een prachtige natuurlijke haven, helemaal vol met kleine en grote zeil- en motorjachten. De hele grote liggen aan aan van de wharfs, de rest wiegt achter ankerboeien. Tenzij ver weg van het centrum is er geen mogelijkheid tot ankeren. We hebben weer geluk: er is een mooring vrij "for one night only, do you understand and agree?". Dit weekeiende is het Newport Folk Festival, op het water zijn alle moorings besproken en op het land alle parkeerplaatsen. Judy belt: ze komen ons ophalen om bij ze te eten en te slapen; een zeilende vriend van ze wil ook onze belevenissen horen. We ruiken een uurtje aan Newport en stappen dan in een grote Honda "Espace" (maar dan met een eigen type-aanduiding) en rijden naar Fall River waar de bbq al klaarstaat.
(wordt vervolgd)
zaterdag 26 juli 2014
zondag 20 juli 2014
Private yacht, please do not board
Vrijdag 11/7
Kajuitvloer oplichten, water zien en pompen en sponzen, daar waren we vanaf - dacht ik. De automatische lenspomp stond uit, ivm Coast Guard en milieu en zo. Toch maar aanlaten. De uitlaat, om precieser te zijn de muffler, is aan het eind voor een stukje doorgeroest en daardoor komt water naar binnen als we een beetje schuin over bakboord zeilen - wat we deden van Manhassat Bay neer Oyster Bay. Prachtig gezeild overigens.
Van Oyster Bay is de keus langs Long Island blijven, met 25M niets om in te varen of te ankeren,
of over te steken naar de Connecticut-kant. We doen dat laatste, naar South Norwalk. Dat blijkt een leuk stadje met veel eet- en drinkhuizen, zoals de Guvner's Brewery met zes home brews van de tap. "We love Guvs'", is de kreet.
We zijn in een andere staat, ik moet me weer melden bij de douane. Die kan eerst mijn license-nummer niet vinden, dan wel, maar: "your license is expired". Ik leg uit dat het verlengd is, maar met de oorspronkelijke datum van binnenkomst.
"That's not possible, should be a 2014 number... I have to call you back".
We eten Italiaans op een terras op Main Street, gaan naar bed.
Om half zeven 's ochtends gaat de telefoon. De Customs officer van de vorige avond.
"Is it all right if my boss calls you at eight when he comes in? He has to look into it."
Ja, all right, ik ben nu toch wakker. Om 8:05 belt de boss, om het makkelijker te maken mail ik hem vervolgens mijn license, waarop hij terugbelt: "This is confusing, I will mail you a new license". Wat hij 10 minuten later doet, ik mag nu tot 12 juli 2015 blijven.
We blijven nog een dag, gaan naar de film (Malificent) en zien de "troost-finale" Brazilie-Nederland. 3-0 voor NL. Als ze nou de hele tijd zo gevoetbald hadden ...
Er komt slecht weer aan. Om dat voor te zijn en niet vast te roesten gaan we verder, naar Captain's Cove Seaport in Black Rock. Het blijkt een pret-centrum vlakbij Bridgeport. We zijn op tijd voor de voetbal-finale. We staan even voor het beeld van een jong stel.
"Hey friend, can you move a bit? Come, sit here, room enough!"
Zij is voor Duitsland, hij voor Argentinie, met vlaggetje in de aanslag. In de 119e minuut scoort Duitsland eindelijk de eerste goal van de wedstrijd en is het wereldkampioen. Zij danst rondjes, hij kijkt beteuterd.
's Avonds schuift er een mooie zeilboot voorbij. "French?" Nee, Dutch! "Sorry, I should have known, horizontal stripes. I'll come by if you don't mind."
Even later hebben we een buitengewoon genoegelijk gesprek met Brec, die de wereld rond geweest is op zijn bootje, zijn vrouw vloog dan in op Tahiti, Nieuw Zeeland, etc. Komt bekend voor.
Er komt wel wat onweer en regen over maandag, maar niet het vreselijke weer dat was voorspeld. Dat komt dinsdag. Weer hetzelfde, wat buien, maar het valt allemaal wel mee. De havenmeester vertelt dat de Nina en Pinta, replica's natuurlijk, aan het eind van de middag komen. "You know what ships that are?" Natuurlijk weet ik dat.
Ooit lag hier de (replica van) het Britse fregat HMS Rose (uit de War of 1812), maar, ondanks dat het een toeristische trekpleister was, was het onderhoud was niet op te brengen en is het voor $1,5mln verkocht aan Hollywood, waar het de hoofdrol kreeg in Master & Commander. Nu ligt er een tweemast Skipjack, waarvan het onderhoud ook te wensen overlaat.
De schepen van Columbus komen binnen, ze zien er somber, donker uit. (Ik had toen ik klein was van Revell in-elkaar-plak modellen ervan en die waren wit, verven deed ik ze niet, vandaar misschien dat ik deze zo donker vond.)
De voorspellingen blijven chance of thunderstorms, maar daar trappen we niet meer in. We zeilen verder met 3 a 4 knopen naar Milford. Na een heerlijk maal in Bistro Basque en een kout met de eigenaar over Lekeitio waar we ooit kampeerden - goed voor een bel cognac on the house - gaan we in stortregen terug naar de boot. Hebben de weermannen (M/V) toch nog even gelijk.
We liggen bij Milford Boat Works, die me evenwel niet kunnen helpen met de uitlaat: "it's European".
Donderdag 17/7 zeilen we met lichte wind achter langzaam verder, naar de Thrimble Islands, alwaar we voor anker gaan. Het is een idyllische plek, tussen een dozijn rotseilandjes. De meeste met een of twee huizen, alleen op het eilandje Money staat een hele straat. Het is allemaal private, aan (ei)land mag je niet.
Het doet me sterk denken aan de wateren rond Mollosund in Zweden waar ik de zomer van 1969 werkte bij Antonsson's Pensionat. En Monique aan Pippi Langkous en Het eiland Zeekraai. Bewoners brommen af en aan in hun motorboten, Monique zwaait ze beminnelijk toe
Vrijdag staat de stroom tot het eind van de middag tegen, wij blijven tot dan lekker dobberen achter het anker. Het weer is intussen weer stabiel mooi. We bellen Reina voor haar 35e verjaardag. Ze vertelt dat de Russen in de Oekraine een pasagiersvliegtuig hebben neergeschoten. Ziek.
Om half vier laveren we tussen eilandjes en rotsen naar diep water en zeilen in mooie avondlicht naar een ankerplek bij Duck Island. Je ligt er beschut achter twee pieren die onder een ongeveer rechte hoek uit het eiland steken. Waarom die aangelegd zijn is een raadsel.
Zaterdag 19/7. We staan vroeg op om het tij te benutten. Voor de monding van de Connecticut River ligt een bank, tussen de kust en die bank kunnen we van 2 knopen meestroom profiteren. We gaan zo hard dat we New London aan de Thames (hier uitgesproken zoals je het in het Engels schrijft, niet Tems zoals de Britten doen) overslaan. Zeiljachten komen naar buiten en wachten het uitleggen van opblaasbakens van de racebaan af. Om elf uur varen we de Mystic River op. Honderden boten liggen hier voor anker, het is, zelfs met de plotter, zoeken naar de tonnen die de smalle vaargeul aangeven. Er is een file zeil- en motorboten naar buiten; wij hebben er al een zeildag opzitten, maar het is nog zaterdagochtend.
De spoorbrug gaat ongevraagd open, op de highway bridge moeten we een kwartier wachten. Om 12 uur leggen we vast in Mystic Seaport, een groot openluchtmuseum, een nautisch stadje uit de 2e helft van de 19e eeuw, met de driemastbark Joseph Conrad, een grote visschoener en een grote hoeveelheid kleinere antieke schepen en scheepjes. Heel byzonder om hier te liggen. We krijgen zelfs een bordje Private Yacht, please do not board.
Kajuitvloer oplichten, water zien en pompen en sponzen, daar waren we vanaf - dacht ik. De automatische lenspomp stond uit, ivm Coast Guard en milieu en zo. Toch maar aanlaten. De uitlaat, om precieser te zijn de muffler, is aan het eind voor een stukje doorgeroest en daardoor komt water naar binnen als we een beetje schuin over bakboord zeilen - wat we deden van Manhassat Bay neer Oyster Bay. Prachtig gezeild overigens.
Van Oyster Bay is de keus langs Long Island blijven, met 25M niets om in te varen of te ankeren,
of over te steken naar de Connecticut-kant. We doen dat laatste, naar South Norwalk. Dat blijkt een leuk stadje met veel eet- en drinkhuizen, zoals de Guvner's Brewery met zes home brews van de tap. "We love Guvs'", is de kreet.
We zijn in een andere staat, ik moet me weer melden bij de douane. Die kan eerst mijn license-nummer niet vinden, dan wel, maar: "your license is expired". Ik leg uit dat het verlengd is, maar met de oorspronkelijke datum van binnenkomst.
"That's not possible, should be a 2014 number... I have to call you back".
We eten Italiaans op een terras op Main Street, gaan naar bed.
Om half zeven 's ochtends gaat de telefoon. De Customs officer van de vorige avond.
"Is it all right if my boss calls you at eight when he comes in? He has to look into it."
Ja, all right, ik ben nu toch wakker. Om 8:05 belt de boss, om het makkelijker te maken mail ik hem vervolgens mijn license, waarop hij terugbelt: "This is confusing, I will mail you a new license". Wat hij 10 minuten later doet, ik mag nu tot 12 juli 2015 blijven.
We blijven nog een dag, gaan naar de film (Malificent) en zien de "troost-finale" Brazilie-Nederland. 3-0 voor NL. Als ze nou de hele tijd zo gevoetbald hadden ...
Er komt slecht weer aan. Om dat voor te zijn en niet vast te roesten gaan we verder, naar Captain's Cove Seaport in Black Rock. Het blijkt een pret-centrum vlakbij Bridgeport. We zijn op tijd voor de voetbal-finale. We staan even voor het beeld van een jong stel.
"Hey friend, can you move a bit? Come, sit here, room enough!"
Zij is voor Duitsland, hij voor Argentinie, met vlaggetje in de aanslag. In de 119e minuut scoort Duitsland eindelijk de eerste goal van de wedstrijd en is het wereldkampioen. Zij danst rondjes, hij kijkt beteuterd.
's Avonds schuift er een mooie zeilboot voorbij. "French?" Nee, Dutch! "Sorry, I should have known, horizontal stripes. I'll come by if you don't mind."
Even later hebben we een buitengewoon genoegelijk gesprek met Brec, die de wereld rond geweest is op zijn bootje, zijn vrouw vloog dan in op Tahiti, Nieuw Zeeland, etc. Komt bekend voor.
Er komt wel wat onweer en regen over maandag, maar niet het vreselijke weer dat was voorspeld. Dat komt dinsdag. Weer hetzelfde, wat buien, maar het valt allemaal wel mee. De havenmeester vertelt dat de Nina en Pinta, replica's natuurlijk, aan het eind van de middag komen. "You know what ships that are?" Natuurlijk weet ik dat.
Ooit lag hier de (replica van) het Britse fregat HMS Rose (uit de War of 1812), maar, ondanks dat het een toeristische trekpleister was, was het onderhoud was niet op te brengen en is het voor $1,5mln verkocht aan Hollywood, waar het de hoofdrol kreeg in Master & Commander. Nu ligt er een tweemast Skipjack, waarvan het onderhoud ook te wensen overlaat.
De schepen van Columbus komen binnen, ze zien er somber, donker uit. (Ik had toen ik klein was van Revell in-elkaar-plak modellen ervan en die waren wit, verven deed ik ze niet, vandaar misschien dat ik deze zo donker vond.)
De voorspellingen blijven chance of thunderstorms, maar daar trappen we niet meer in. We zeilen verder met 3 a 4 knopen naar Milford. Na een heerlijk maal in Bistro Basque en een kout met de eigenaar over Lekeitio waar we ooit kampeerden - goed voor een bel cognac on the house - gaan we in stortregen terug naar de boot. Hebben de weermannen (M/V) toch nog even gelijk.
We liggen bij Milford Boat Works, die me evenwel niet kunnen helpen met de uitlaat: "it's European".
Donderdag 17/7 zeilen we met lichte wind achter langzaam verder, naar de Thrimble Islands, alwaar we voor anker gaan. Het is een idyllische plek, tussen een dozijn rotseilandjes. De meeste met een of twee huizen, alleen op het eilandje Money staat een hele straat. Het is allemaal private, aan (ei)land mag je niet.
Het doet me sterk denken aan de wateren rond Mollosund in Zweden waar ik de zomer van 1969 werkte bij Antonsson's Pensionat. En Monique aan Pippi Langkous en Het eiland Zeekraai. Bewoners brommen af en aan in hun motorboten, Monique zwaait ze beminnelijk toe
Vrijdag staat de stroom tot het eind van de middag tegen, wij blijven tot dan lekker dobberen achter het anker. Het weer is intussen weer stabiel mooi. We bellen Reina voor haar 35e verjaardag. Ze vertelt dat de Russen in de Oekraine een pasagiersvliegtuig hebben neergeschoten. Ziek.
Om half vier laveren we tussen eilandjes en rotsen naar diep water en zeilen in mooie avondlicht naar een ankerplek bij Duck Island. Je ligt er beschut achter twee pieren die onder een ongeveer rechte hoek uit het eiland steken. Waarom die aangelegd zijn is een raadsel.
Zaterdag 19/7. We staan vroeg op om het tij te benutten. Voor de monding van de Connecticut River ligt een bank, tussen de kust en die bank kunnen we van 2 knopen meestroom profiteren. We gaan zo hard dat we New London aan de Thames (hier uitgesproken zoals je het in het Engels schrijft, niet Tems zoals de Britten doen) overslaan. Zeiljachten komen naar buiten en wachten het uitleggen van opblaasbakens van de racebaan af. Om elf uur varen we de Mystic River op. Honderden boten liggen hier voor anker, het is, zelfs met de plotter, zoeken naar de tonnen die de smalle vaargeul aangeven. Er is een file zeil- en motorboten naar buiten; wij hebben er al een zeildag opzitten, maar het is nog zaterdagochtend.
De spoorbrug gaat ongevraagd open, op de highway bridge moeten we een kwartier wachten. Om 12 uur leggen we vast in Mystic Seaport, een groot openluchtmuseum, een nautisch stadje uit de 2e helft van de 19e eeuw, met de driemastbark Joseph Conrad, een grote visschoener en een grote hoeveelheid kleinere antieke schepen en scheepjes. Heel byzonder om hier te liggen. We krijgen zelfs een bordje Private Yacht, please do not board.
zaterdag 12 juli 2014
De Wereld van Peter Stuyvesant
Zondag 7/7 is Arthur ver weg en afgezwakt tot Tropcal Storm. De zon schijnt uitbundig zon en de wind is zuid, rond 3bf. We laten Atlantic Highlands achter ons, schuiven langs Sandy Hook met zijn rijen officiershuizen en langzaam wordt Verazzano Bridge, over The Narrows tussen Staten Island en Brooklyn, groter. De brug is 70m hoog, je zou er met de kerktoren van Loenen op dek onderdoor kunnen varen. Als je die door bent liggen de skylines van Brooklyn, New Jersy met het Vrijheidsbeeld ervoor en last but not least Lower Manhattan voor je. Adembenemend, niet te geloven daar te zeilen.
We zijn niet alleen. Er zijn een paar tows, veel ponten en toeristenboten en heel veel plezier zeil- en motorboten, het is een soort zuidelijk IJsselmeer op een mooie zondag. Voor de wind op de genua (door de deining klapt het grootzeil zo heen en weer dat het omlaag moet) gaan we langzaam op The Battery aan, de zuidpunt van Manhattan, waar ooit Fort Amsterdam stond. We steken de Hudson River over naar het Vrijheidsbeeld, dan langs Ellis-eiland - waar duizenden immigranten in quarantaine moesten om te zien of ze TBC en zo hadden en het anders daar wel kregen.
Als ligplaats heb ik de Newport YC & Marina in Jersey City gekozen, met $120 per nacht relatief goedkoop hier. Het is unreal, we liggen tussen mega-motorjachten en catamarans. Vanaf de kop van de haven (een dok vanaf de Hudson River) is er een schitterend uitzicht over Lower Manhattan - en gelukkig een goed restaurant om er extra van te genieten. De nieuwe Freedom Tower steekt met zijn 1776ft (533m) hoog boven de andere skyscrapers uit.
Naar links, iets verder weg, zien we Midtown Manhattan met het Empire State Building en het Chrysler Building. Awsome. Monica neemt honderden foto's.
Stukje geschiedenis:
Ooit was dit Nieuw Amsterdam van waaruit de kolonie Nieuw Nederland bestuurd werd, als laatste door "de generaal" Peter Stuyvesant, in dienst van de WIC die de kolonie exploiteerde. In tegenstelling tot de Engelse kolonies ten noorden en ten zuiden, was Manhattan een soort vrijplaats die naast de Nederlandse settlers en bestuurders met hun legertje allerhande nationaliteiten, gezindten, kleuren, talen en geloven aantrok. Een vrijhaven, een melting pot, een rainbow society. Het was al gauw de belangrijkste haven van Noord-Amerika. Stuyvesant's voorganger Kieft begon in 1633, tegen ieders belang in, een oorlog tegen de omringende indianen, terwijl die tot die tijd in redelijke pais en vree met de kolonisten samenleefden - en voor de aanvoer van bont zorgden. Stuyvesant moest van en voor de WIC orde op zaken stellen, als een CEO van een corporation. De Manhattanse burgerij wilde verregaande inspraak in het bestuur om een herhaling van een verkeerde beslissing door één persoon te voorkomen. Ze deden zelfs pogingen om een provincie van de Republiek der Verenigde Nederlanden te worden.
Stuyvesant moest daar niets van hebben. Hij was een steile Calvinistische domineeszoon met door de WIC en God gegeven gezag: wie zich tegen hem keerde riskeerde gevang en verbeurd verklaring van grond en goederen. Van godsdienstvrijheid voor Lutheranen, Joden, Quakers en zo meer - zoals min of meer in Nederland toen - moest hij niets hebben.
Niet alleen van binnenuit, ook vanuit het noordoosten stond Nieuw Nederland onder druk De New Englanders begrepen hoe belangrijk de haven was. In 1664, nog voor het begin van de 2e Engelse Oorlog, nam Engeland met vier fregatten Manhattan en Nieuw Nederland zonder slag, stoot of plundering over en werd het New York. In de onderhandelingen voor de Vrede van Breda wilden de Engelsen Nieuw Nederland teruggeven in ruil voor - intussen van de Engelsen door Nederland ingepikt - Suriname, maar daarvoor was geen belangstelling meer. Voor de WIC was de kolonie nooit winstgevend geworden, ze verwachtte meer van Surinaamse suiker. Bovendien kreeg Nederland toen alle Molukken en daarmee het feitelijke monopolie op nootmuskaat. Peter Stuyvesant boerde nog tien jaar op Manhattan en stierf toen, in New York.
Vrijheid van godsdienst en inspraak in bestuur die de Nederlandse kolonisten eisten, vonden uiteindelijk ruim honderd jaar later na de Revolutionary War hun weerslag in de Amerikaanse Constitution. De New Englanders waren Puriteinen die heksen verbrandden en Quakers naar het zuiden joegen, de plantagehouders rond en zuidelijk van de Chesapeake voelden aanvankelijk weinig voor het aan de kant zetten van hun Engelse koning. Nederland was de eerste natie die de VS erkende.
(Lees Russel Shorto, The Island at the Center of the World en Barbara Tuchman, The First Salute)
New York is nog steeds New Amsterdam: anders, opener, gekker, internationaler, diverser, drukker, gehaaster, etc. dan waar we ook in de VS geweest zijn deze reis.
We gaan een dag met de metro Manhattan in. Het is warm We lopen van 33th Str. over Broadway en Times Square 20 blokken naar het MoMa waar het niet druk en koel is - en waar we vijf jaar geleden al in wilden, wat wegens drukte toen niet lukte.
Monique, donderdag 10/7/14
Onze overtocht naar Manhattan verliep voorspoedig, met redelijk windje en warm zonnetje en onze eigen, gebronst in
witte bikini, rokende Stuyvesant-girl op dek!
We blijven twee nachten in de Newport Yachtclub and Marina. Op maandag worden we gewaarschuwd dat rond het middaguur "the Kardashians" de marina zullen bezoeken en er dus strenge veiligheidsmaatregelen gelden; Bas en ik zijn dan al New York in maar Monika, vertelt ze ons s'avonds, kan het niet laten even een van de securitymannen te "fokken" (uitdrukking van Joosje toen ze eind tienerjaren was). Bas en ik gaan naar het MoMa en brengen daar de hele middag door. Mooie dingen gezien maar vooral bij de "contemporary art" heb ik toch regelmatig mijn twijfels over de artisticiteit van het werk. (Zoals Reina, toen 6 jaar, blij uitriep toen we met haar in het Stedelijk naar een schilderij van Willem de Kooning keken: "Dat kan ik óók!!!"). Zo'n Pollock b.v. heeft veel originele dingen maar ook werken waarbij hij volgens mij bewust de boel in de maling neemt. Maar goed, zal wel aan mij liggen...
's Avonds eten we in de "Garage" waar een complete big band muziek maakt. Flauw van mij maar een middag lopen en staan leverde een gebroken rug dus wil ik snel plat en genieten we daar maar kort van.
De dag erop gaan we door, langs zuid Manhattan, onder Brooklyn Bridge door, door de Streets zien we het Empire State Building, Chrysler Tower. Dan door Hell's Gate (waar van hel geen sprake is) de Long Island Sound in. We ankeren na een lekker dagje zeilen in Port Washington.
Monika heeft een Nikon en een batterij aan fotolenzen paraat en schiet honderden plaatjes in de, genoeglijke, week dat ze aan boord is.
's Avonds steekt er een stevige storm op maar nadat het anker even gekrabd heeft liggen we zo vast als een huis. Als we de volgende morgen naar de kant moeten om Monika af te zetten, krijgen we het anker niet gelicht. Uiteindelijk, met 35 paardenkrachten van Selena, lukt het toch en blijkt dat we wsch achter een oude ankerboeilijn zijn blijven haken want we trekken die mee omhoog.
Na Monika afgezet en een "pump-out" gedaan te hebben gaan Bas en ik door naar Oyster Bay met stevige halve wind (we varen wel 7 knopen af en toe!) voor nog een ankernachtje (Bas de econoom rekent voor hoeveel we daarmee wel niet besparen).
De dag erop, vanmorgen dus, ontdek ik bij het maken van ontbijt dat er behoorlijk wat water in het ruim staat. Bas pompt er minstens 8 emmers uit; oorzaak zeer wsch de lekkende uitlaat. We willen weer kunnen douchen, internetten en boodschappen dus zijn we nu, motorend want volstrekt geen wind, onderweg naar "SoNo" (South Norwalk, CT) aan de andere kant van de Long Island Sound.
Ice cubes in a condom
Monique, Atlantic Highlands
Op de steigers knopen weer veel mensen een praatje aan met ons. Hierronder een zeventiger die ons op een gegeven moment een mop wil vertellen maar als rechtgeaarde Amerikaan vraagt hij eerst, Monika (eind 40) van top tot teen opnemend, aan Bas of ze zijn dochter is en, als extra check, "we're all adults, aren't we?". Nou, daar komt ie: "You know why Polish men put ice cubes in their condom?", wij hebben natuurlijk geen benul, "to stop the swelling, ha-ha-ha!".
Daarna vertelt hij dat hij de hele dag aan een boot gewerkt heeft en of we die willen zien. Aangezien het duidelijk is dat we daaraan niet kunnen ontkomen doen we dat maar. Een 35 jaar oude motorboot, van binnen nog veel hout en houten parket op de vloer, hij laat het ons allemaal zien. Als we eindelijk weer op de steiger staan zegt hij dat het niet zijn boot is maar, en nu fluistert hij achter zijn hand, dat hij weet dat de eigenaar hem wel van de hand zou doen voor $175.000. Maar, zegt Bas, ik héb al een boot! Nou ja, maar als we toevallig iemand weten: 175, it's yours; hij blijft het herhalen op fluistertoon.
Als hij bij het voor de derde keer langs Selena lopen alweer verbaasd is te horen dat dat onze boot is, weten we dat zijn bovenkamer niet meer helemaal op orde is.
In de loop van de middag, het waait nog steeds heel hard met af en toe buien, komen steeds meer mensen bepakt en bezakt naar hun boot en installeren taps en tafels met eten op de steiger. Het is net een straat in oranje-sfeer, uitgelaten en veel jovialiteit.
Terwijl ik in de kuip - het is inmiddels 4th of July en we hebben we de boot verlegd, nu met haar gat tegen de steiger - mijn dagboekje aan het bijwerken ben, hoor ik ineens "Ahoy!" en staat de overbuurvrouw aan de hekpreekstoel: "would you like a slider?" "Euh? (geen idee wat een slider is maar aan de uitstalling op haar tafel te zien moet het eten zijn) "O yes, please!"
Het blijken kleine, kleffe kadetjes te zijn en we kunnen kiezen tussen sliders met meatballs of pulled porc en cole slaw. Na ieder twee slaan we met enige moeite een volgende ronde af want onze sushi-bestelling kan ieder moment arriveren. Als kleine attentie geven we haar een klomp-sleutel hangertje dat in goede aarde valt.
Omstreeks 22 uur wordt de dag feestelijk afgesloten met vuurwerk en getoeter van boten. Wij toeten hard mee want we hebben nog een oranje, plastic "fufuzela" van de WK voetbal 2010 in Zuid- Afrika aan boord (prima scheepstoeter!).
Inmiddels is het alweer zaterdag 5 juli.
Het zonnetje schijnt weer maar af en toe zijn er nog behoorlijke windvlagen. Voor morgen wordt mooi en rustiger weer voorspeld; da's mooi want het wordt Monika's maiden trip op een zeilboot. Tocht van ongeveer 18 mijl naar jachthaven in Jersey-city, tegenover Manhattan.
Op de steigers knopen weer veel mensen een praatje aan met ons. Hierronder een zeventiger die ons op een gegeven moment een mop wil vertellen maar als rechtgeaarde Amerikaan vraagt hij eerst, Monika (eind 40) van top tot teen opnemend, aan Bas of ze zijn dochter is en, als extra check, "we're all adults, aren't we?". Nou, daar komt ie: "You know why Polish men put ice cubes in their condom?", wij hebben natuurlijk geen benul, "to stop the swelling, ha-ha-ha!".
Daarna vertelt hij dat hij de hele dag aan een boot gewerkt heeft en of we die willen zien. Aangezien het duidelijk is dat we daaraan niet kunnen ontkomen doen we dat maar. Een 35 jaar oude motorboot, van binnen nog veel hout en houten parket op de vloer, hij laat het ons allemaal zien. Als we eindelijk weer op de steiger staan zegt hij dat het niet zijn boot is maar, en nu fluistert hij achter zijn hand, dat hij weet dat de eigenaar hem wel van de hand zou doen voor $175.000. Maar, zegt Bas, ik héb al een boot! Nou ja, maar als we toevallig iemand weten: 175, it's yours; hij blijft het herhalen op fluistertoon.
Als hij bij het voor de derde keer langs Selena lopen alweer verbaasd is te horen dat dat onze boot is, weten we dat zijn bovenkamer niet meer helemaal op orde is.
In de loop van de middag, het waait nog steeds heel hard met af en toe buien, komen steeds meer mensen bepakt en bezakt naar hun boot en installeren taps en tafels met eten op de steiger. Het is net een straat in oranje-sfeer, uitgelaten en veel jovialiteit.
Terwijl ik in de kuip - het is inmiddels 4th of July en we hebben we de boot verlegd, nu met haar gat tegen de steiger - mijn dagboekje aan het bijwerken ben, hoor ik ineens "Ahoy!" en staat de overbuurvrouw aan de hekpreekstoel: "would you like a slider?" "Euh? (geen idee wat een slider is maar aan de uitstalling op haar tafel te zien moet het eten zijn) "O yes, please!"
Het blijken kleine, kleffe kadetjes te zijn en we kunnen kiezen tussen sliders met meatballs of pulled porc en cole slaw. Na ieder twee slaan we met enige moeite een volgende ronde af want onze sushi-bestelling kan ieder moment arriveren. Als kleine attentie geven we haar een klomp-sleutel hangertje dat in goede aarde valt.
Omstreeks 22 uur wordt de dag feestelijk afgesloten met vuurwerk en getoeter van boten. Wij toeten hard mee want we hebben nog een oranje, plastic "fufuzela" van de WK voetbal 2010 in Zuid- Afrika aan boord (prima scheepstoeter!).
Inmiddels is het alweer zaterdag 5 juli.
Het zonnetje schijnt weer maar af en toe zijn er nog behoorlijke windvlagen. Voor morgen wordt mooi en rustiger weer voorspeld; da's mooi want het wordt Monika's maiden trip op een zeilboot. Tocht van ongeveer 18 mijl naar jachthaven in Jersey-city, tegenover Manhattan.
dinsdag 8 juli 2014
zaterdag 5 juli 2014
Arthur komt, Arthur gaat ....
Woensdag 2 juli
Inmiddels liggen we in de marina van Atlantic Highlands en ver aan de horizon in vijf tinten grijs de skyline van ..... Manhattan!!!
Terug naar zondag toen we van Barnesgat naar Manasquan Inlet, plaatsje Brielle (niet vanwege de Watergeuzen, maar pas in de 19e eeuw zo genoemd toen het hier een strandplaats werd, om het een Europese sfeer te geven), vertrokken; een bewolkte dag. Tocht van 20 mijl met weinig wind hoewel er nog wel redelijk wat deining stond. Onderweg geen punt maar bij het binnenlopen in een smalle inlet, tussen twee stenen pieren, met flinke golven schuin achter, hengelbootjes die tot het laatste moment midden in je vaargeul blijven hangen en het advies ivm verzanding toch vooral de rechterzijde van de vaargeul aan te houden, toch even een enerverende happening. En dan hadden we nog geluk (nou ja, dat had Bas ingecalculleerd) dat er op dat moment niet teveel stroom stond want later merkten we hoe sterk die daar kan zijn.
In de jachthaven, waar we gereserveerd hadden, blijken we het enige zeilschip, de rest is motorboot. Er staat inmiddels een behoorlijke instroom en we zitten aan lage wal maar havenmeester en kornuiten leggen ons, onder het roepen van strikte instructies, netjes vast in een box.
"Thank you, that went well", zegt Bas waarop de havenmeester zegt "You know why!???.... Because you listened! Most people don' t listen!".
Een uurtje later, aan het eind van de middag, komen grote en kleine motorboten met hun hengelvangsten om die naast ons op de steiger te laten wegen en meten.
Eerst een prachtige, gele vis met een stompe, ronde kop en lengte van zeker een meter: een mahi (overal op in de Cariben zag je mahi als specialiteit op de kaart staan). Daarna nog haaien (met nogal spitse snuiten; volgens de opmeetmeneer is dit soort haai een lekkernij) met indrukwekkende rijen (ja, meervoud!) naar binnen gerichte vlijmscherpe naaldachtige tanden, en tonijnen. De vissers zijn als kleine jongetjes zo blij als ze de meetgegevens te horen krijgen en één ploegje, dat met hun tonijn de eerste plaats behaalt, staat te schreeuwen en te springen "First prize! First prize! We won the first Prize!!", veel uitgelaten schoudergeklop en daarna met hun nog hangende buit op de foto.
De nacht is wat onrustig; de boot bonkt door de getijstromen af en toe stevig tegen de steiger en de stroom is zo heftig dat het binnenin de boot klinkt alsof we met een behoorlijk vaartje door het water varen. Wel weer lekker kunnen douchen maar geen wasmachine noch supermarkt die we zo langzamerhand echt wel nodig hebben!
De volgende dag gaan we door, ook omdat de weerberichten voor de daarop volgende dagen niet veel goeds voorspellen!
Maandag dus de laatste 30 mijl van de New Jersey coast richting noorden. De wind blijkt nog steeds pal zuid dus recht op de kont, en harder dan gisteren voorspeld.
De golven werken weliswaar mee maar gijpkoersen... DAAR HOU IK NIET VAN! Door de ruime koers die we varen schommelt het schip van links naar rechts; door de golven hobbelen we van voor naar achter... worden jullie al zeeziek!? Nou, ik/wij niet! (Bas: subliem zeilen!)
Enfin, de tocht verloopt voorspoedig, geen ongecontroleerd gegijp. Naarmate we meer richting New York komen hoe meer vliegtuigen er over komen.
En dan.... eerst alleen een streepje en dan steeds duidelijker zich aftekenend: Nieuw Amsterdam!
Wat zal die Hudson destijds opgekeken hebben van al die flatgebouwen en al die "zilveren vogels" in de lucht! Om nog maar te zwijgen van zijn verbazing bij het ontdekken van een rivier met zijn naam!
Het laatste stuk, rond Sandy Hook (ook echt een grote zandplaat), is behoorlijk heftig wat golfhoogtes betreft en met her en der grote oceaanschepen die heel hard aan komen stomen door dezelfde, relatief smalle, vaargeul; ook de wind trekt nog eens stevig aan; Selena heel schuin van de golven afrijdend, veel water door de gangboorden en één keer een koude plens over mijn rug. Billen knijpen!!!!!
Maar daarna, eenmaal om die hoek, keert de rust weer en varen we rond zessen de haven van Atlantic Highlands binnen.
O, wat smaakt een biertje dan goed!!!
Zaterdag 5 juli
Van de planning om 3 juli naar New York (of eigenlijk er tegenover, de Marina onder de Colgate Clock in Jersey City) te varen komt niets terecht. De wind is harder dan leuk, ook gezien de golven op weg naar de Narrows, er worden severe thunderstorms voorspeld - en wat eerst nog een tropical storm was bij Florida is nu een hurricane (met naam Arthur) die gestaag naar ons toe komt.
Monika, vriendin uit Princeton, voegt zich bij ons. Ze rijdt ons over Sandy Hook, met mooie stranden en aan het einde een verlaten militaire basis waar t/m de 2e Wereldoorlog projectielen getest werden (hoever schiet een 12" kanon, enzo). Rijen prachtige 30er-jaren-huizen (juiste huidige spelling 30erjarenhuizen?) staan er te verloederen. Op het strand ligt een grote vers-dode horseshoe crab, geheel intact, kopschild, lijf, staart, 50cm loa, die ik meeneem. Hij stinkt afschuwelijk, moet flink schoongemaakt worden en drogen voor hij opgeborgen kan worden. Monique vindt twee (ook dode) babies van 5cm.
Twee avonden hebben we dikke onweren, pikzwarte luchten, scherpe bliksem boven Manhattan, striemende regen, flooding warnings for lower area's.
En gestaag komt Arthur naderbij, als hij aan de kust van North Carolina aan land komt is het intussen een categorie 2 orkaan geworden. "Ons" Oriental krijgt hem recht over zich heen. (Alles goed daar, alleen tijdje geen stroom en afgewaaide takken, hebben we al vernomen, het Croacker Fest gaat door vandaag).
Vanaf Cape Hatteras gaat hij weer richting zee en zal NY ca. 200M oostelijk passeren.
Dat betekent veel noordelijke wind en onrustig water in Sandy Hook Bay, but nothing serious.
Wel serious was de vraag of het vuurwerk van de 4th of July door zou kunnen gaan.
Tot ver in de middag stormde en regende het vrijdag. Ondanks de bescherming van de pier, rukten boten aan hun landvasten en dansten in wind en golven, wij door de kiel minder dan alle platte en hoge vissersboten maar toch. Ik kocht twee rubber zwaffels waar landvasten door en omheen gaan om het rukken te verminderen.
Om vijf uur stopte de regen en kwam er zelfs zon, zelfs de wind ging terug van stormachtig naar hard. Op de steiger werd het drukker en drukker. Bij de boten om ons heen werden bbqs klaargemaakt en werden kisten met ijs en bier aangedragen. De overbuurvrouw gaf ons de heerlijkste broodjes pulled pork, 8 uur gesudderd in ui, kruiden en een scheetje cola. Op de kade liep het vol met mensen met stoeltjes en eten en drinken. Wij bestelden sushi voor de gelegenheid.
Het vuurwerk ging door gelukkig.
En nu is Arthur voorbij (op weg naar Maine), schijnt de zon weer en is de wind afgenomen tot krachtig. Morgen gaan we naar New York.
Sent from my iPad
Inmiddels liggen we in de marina van Atlantic Highlands en ver aan de horizon in vijf tinten grijs de skyline van ..... Manhattan!!!
Terug naar zondag toen we van Barnesgat naar Manasquan Inlet, plaatsje Brielle (niet vanwege de Watergeuzen, maar pas in de 19e eeuw zo genoemd toen het hier een strandplaats werd, om het een Europese sfeer te geven), vertrokken; een bewolkte dag. Tocht van 20 mijl met weinig wind hoewel er nog wel redelijk wat deining stond. Onderweg geen punt maar bij het binnenlopen in een smalle inlet, tussen twee stenen pieren, met flinke golven schuin achter, hengelbootjes die tot het laatste moment midden in je vaargeul blijven hangen en het advies ivm verzanding toch vooral de rechterzijde van de vaargeul aan te houden, toch even een enerverende happening. En dan hadden we nog geluk (nou ja, dat had Bas ingecalculleerd) dat er op dat moment niet teveel stroom stond want later merkten we hoe sterk die daar kan zijn.
In de jachthaven, waar we gereserveerd hadden, blijken we het enige zeilschip, de rest is motorboot. Er staat inmiddels een behoorlijke instroom en we zitten aan lage wal maar havenmeester en kornuiten leggen ons, onder het roepen van strikte instructies, netjes vast in een box.
"Thank you, that went well", zegt Bas waarop de havenmeester zegt "You know why!???.... Because you listened! Most people don' t listen!".
Een uurtje later, aan het eind van de middag, komen grote en kleine motorboten met hun hengelvangsten om die naast ons op de steiger te laten wegen en meten.
Eerst een prachtige, gele vis met een stompe, ronde kop en lengte van zeker een meter: een mahi (overal op in de Cariben zag je mahi als specialiteit op de kaart staan). Daarna nog haaien (met nogal spitse snuiten; volgens de opmeetmeneer is dit soort haai een lekkernij) met indrukwekkende rijen (ja, meervoud!) naar binnen gerichte vlijmscherpe naaldachtige tanden, en tonijnen. De vissers zijn als kleine jongetjes zo blij als ze de meetgegevens te horen krijgen en één ploegje, dat met hun tonijn de eerste plaats behaalt, staat te schreeuwen en te springen "First prize! First prize! We won the first Prize!!", veel uitgelaten schoudergeklop en daarna met hun nog hangende buit op de foto.
De nacht is wat onrustig; de boot bonkt door de getijstromen af en toe stevig tegen de steiger en de stroom is zo heftig dat het binnenin de boot klinkt alsof we met een behoorlijk vaartje door het water varen. Wel weer lekker kunnen douchen maar geen wasmachine noch supermarkt die we zo langzamerhand echt wel nodig hebben!
De volgende dag gaan we door, ook omdat de weerberichten voor de daarop volgende dagen niet veel goeds voorspellen!
Maandag dus de laatste 30 mijl van de New Jersey coast richting noorden. De wind blijkt nog steeds pal zuid dus recht op de kont, en harder dan gisteren voorspeld.
De golven werken weliswaar mee maar gijpkoersen... DAAR HOU IK NIET VAN! Door de ruime koers die we varen schommelt het schip van links naar rechts; door de golven hobbelen we van voor naar achter... worden jullie al zeeziek!? Nou, ik/wij niet! (Bas: subliem zeilen!)
Enfin, de tocht verloopt voorspoedig, geen ongecontroleerd gegijp. Naarmate we meer richting New York komen hoe meer vliegtuigen er over komen.
En dan.... eerst alleen een streepje en dan steeds duidelijker zich aftekenend: Nieuw Amsterdam!
Wat zal die Hudson destijds opgekeken hebben van al die flatgebouwen en al die "zilveren vogels" in de lucht! Om nog maar te zwijgen van zijn verbazing bij het ontdekken van een rivier met zijn naam!
Het laatste stuk, rond Sandy Hook (ook echt een grote zandplaat), is behoorlijk heftig wat golfhoogtes betreft en met her en der grote oceaanschepen die heel hard aan komen stomen door dezelfde, relatief smalle, vaargeul; ook de wind trekt nog eens stevig aan; Selena heel schuin van de golven afrijdend, veel water door de gangboorden en één keer een koude plens over mijn rug. Billen knijpen!!!!!
Maar daarna, eenmaal om die hoek, keert de rust weer en varen we rond zessen de haven van Atlantic Highlands binnen.
O, wat smaakt een biertje dan goed!!!
Zaterdag 5 juli
Van de planning om 3 juli naar New York (of eigenlijk er tegenover, de Marina onder de Colgate Clock in Jersey City) te varen komt niets terecht. De wind is harder dan leuk, ook gezien de golven op weg naar de Narrows, er worden severe thunderstorms voorspeld - en wat eerst nog een tropical storm was bij Florida is nu een hurricane (met naam Arthur) die gestaag naar ons toe komt.
Monika, vriendin uit Princeton, voegt zich bij ons. Ze rijdt ons over Sandy Hook, met mooie stranden en aan het einde een verlaten militaire basis waar t/m de 2e Wereldoorlog projectielen getest werden (hoever schiet een 12" kanon, enzo). Rijen prachtige 30er-jaren-huizen (juiste huidige spelling 30erjarenhuizen?) staan er te verloederen. Op het strand ligt een grote vers-dode horseshoe crab, geheel intact, kopschild, lijf, staart, 50cm loa, die ik meeneem. Hij stinkt afschuwelijk, moet flink schoongemaakt worden en drogen voor hij opgeborgen kan worden. Monique vindt twee (ook dode) babies van 5cm.
Twee avonden hebben we dikke onweren, pikzwarte luchten, scherpe bliksem boven Manhattan, striemende regen, flooding warnings for lower area's.
En gestaag komt Arthur naderbij, als hij aan de kust van North Carolina aan land komt is het intussen een categorie 2 orkaan geworden. "Ons" Oriental krijgt hem recht over zich heen. (Alles goed daar, alleen tijdje geen stroom en afgewaaide takken, hebben we al vernomen, het Croacker Fest gaat door vandaag).
Vanaf Cape Hatteras gaat hij weer richting zee en zal NY ca. 200M oostelijk passeren.
Dat betekent veel noordelijke wind en onrustig water in Sandy Hook Bay, but nothing serious.
Wel serious was de vraag of het vuurwerk van de 4th of July door zou kunnen gaan.
Tot ver in de middag stormde en regende het vrijdag. Ondanks de bescherming van de pier, rukten boten aan hun landvasten en dansten in wind en golven, wij door de kiel minder dan alle platte en hoge vissersboten maar toch. Ik kocht twee rubber zwaffels waar landvasten door en omheen gaan om het rukken te verminderen.
Om vijf uur stopte de regen en kwam er zelfs zon, zelfs de wind ging terug van stormachtig naar hard. Op de steiger werd het drukker en drukker. Bij de boten om ons heen werden bbqs klaargemaakt en werden kisten met ijs en bier aangedragen. De overbuurvrouw gaf ons de heerlijkste broodjes pulled pork, 8 uur gesudderd in ui, kruiden en een scheetje cola. Op de kade liep het vol met mensen met stoeltjes en eten en drinken. Wij bestelden sushi voor de gelegenheid.
Het vuurwerk ging door gelukkig.
En nu is Arthur voorbij (op weg naar Maine), schijnt de zon weer en is de wind afgenomen tot krachtig. Morgen gaan we naar New York.
Sent from my iPad
Abonneren op:
Posts (Atom)